Een teek is een klein (een tot drie millimeter groot), bruin-zwart spinachtig insect. Teken leven vooral in struiken en hoog gras, niet alleen in natuurgebieden zoals bossen of duinen, maar ook in
parken en tuinen. Ze houden van een vochtige omgeving, en zijn vooral actief van maart tot oktober.
Ze kruipen of klimmen op passerende mensen en dieren en bijten zich (pijnloos) vast in de huid. Door het opzuigen van bloed zwelt de teek langzaam op tot een bruin-zwart bolletje (ongeveer een
centimeter groot). Na enige tijd (dagen) laat de teek vanzelf los.
Een tekenbeet kan overal op het lichaam voorkomen, vooral op warme vochtige plekken zoals de oksels, de liezen, de knieholtes en de bilspleet; bij kinderen vaak ook op het hoofd, achter de haargrens
en achter de oren. Sommige teken zijn besmet met bacteriën. Ze kunnen dan ziekten overdragen, zoals de ziekte van Lyme. Als de teek korter dan 24 uur op de huid is, is de kans dat u besmet wordt
heel klein.
Lees voor meer informatie de NHG-Patiëntenbrief Tekenbeet, kijk op de website
van het RIVM of ga naar Weekvandeteek.
[Bron: RIVM, april 2009]